De hele middag doe ik er al over. Het schiet niet op. Ik schrijf en kras, ik vul aan en verwijder…Wat wil ik zeggen?
Het lukt me niet met woorden vandaag. Het lukt met weinig dingen vandaag. Ik verdwaal in mijn plannen en in de tijd. Ik wil teveel en dat blokkeert de hele energiestroom. Stroom? Er staat alleen maar stil. De klok gaat door en ik verdwijn in het verleden.

Als je altijd maar bezig bent met van alles (vaak tig dingen ‘tegelijk’) valt dat niet mee. Het irriteerde me. Ik wilde gewoon door, volgende plan, volgende opdracht. Wat is dat toch mooi, om jezelf tegen te komen in zo’n opdracht. (jezelf tegenkomen en jezelf voorbij lopen, leuke uitdrukkingen, ik zie er plaatjes bij)
Thema van de cursusmiddag was ‘langzaam’. Na de krabbel en het volgen van de lijn kregen we
a l l e t i j d om de tekening te bewerken en in te kleuren. Ik zag meteen een vogel, kijkend naar links, gericht op het verleden. Met mijn pennetje op papier, filosoferend over de tijd, kwamen de woorden als vanzelf. En het beeld deed ook wat. De rode lijn werd rode draad, en rood is de kleur van de liefde. De mooiste, krachtigste en bijzondere kleur die ik deelde met een heel speciaal persoon, mijn lieve zoon. In gedachten kleur ik verder. Ik denk aan de tijd die opeens stilstond. De tijd die niet terug te draaien is. De tijd, de tijd..
Terug naar de tekenopdracht. De laatste woorden die ik in de tekening schreef (niet zelf bedacht, ze staan op de gevel bij de klokkenmaker in Silvolde)
‘Niet de tijd, maar wij gaan voorbij.’
Ik denk aan de mensen van voorbij.